Laat me niet stikken.
Laat me niet stikken.
- Zakelijke gegevens.
- Titel: Laat me niet stikken.
- Auteur/regisseur: Ruben Prins.
- Uitgever/producent: Leopold.
Jaar van verschijnen: 2006.
Aantal bladzijden: 137.
- Samenvatting van het boek.
Biologische moeder, zo noemde Kris zijn moeder. Kris woonde in een pleeggezin, want zijn biologische moeder heeft hem ooit weggegeven. Kris heeft zijn biologische moeder dus ook nooit gekend.
Op de begrafenis van zijn biologische moeder is alleen Kris met zijn pleegouders aanwezig. Toen de doodgravers die kist in het graf wilden laten zakken, zei een stem plotseling “wacht”. De stem was van een man die een rolstoel voor zich uit duwde. In die rolstoel zat een meisje. Kris keek naar haar neus want, er zaten twee slangetjes in. Het meisje gaf Kris een handdruk, Esmé zei ze. Esmé begon steeds harder te knijpen in zijn hand. Opeens voelde hij iets hards tegen zijn handpalm, een briefje.
Op de parkeerplaats stond naast hun auto een busje, op de zijkant stond: Het Vangnet. Op de terugweg maakte hij het briefje open. Ze is vermoord! Meer stond er niet. Maar zijn ouders zeiden dat het een ongeluk met een trein was.
Wat moest hij nu geloven? Daarom ging hij op onderzoek uit. Van wie was het briefje? En waarom stond dat busje daar? Eerst maar eens uitzoeken wat Het Vangnet is. Op school mochten ze een kwartiertje “vrij” computeren. Kris zocht op een zoekmachine naar Het Vangnet. Na wat zoeken kwam hij uit bij een opvangcentrum voor thuis en daklozen. Snel zocht hij het adres op: Keizer Karelkade 241. Hij tekende snel de route over in zijn agenda van school naar Het Vangnet. Wat Kris nog niet wist is dat de Keizer Karelkade een hoerenbuurt was.
Keizer Karelkade. Hij was er, de Keizer Kalrelkade. Na een stukje fietsen zag hij iets wat hij nog nooit gezien had: half naakte vrouwen achter ramen.
Het Vangnet stond er voor de deur, aan de deur was een A4-tje geplakt met de tekst: wij gaan om 18.00 uur open! Hij wou bijna weer weg fietsen, maar toen ging de deur open. Het was Esmé die de deur open deed. Kom binnen zei ze. Na een gesprek over zijn moeder was Kris duidelijk dat zij biologische moeder een drugsverslaafde hoer was. En dat ze heel veel van hem hield. Esmé wist dit allemaal omdat ze veel met zijn moeder omging, ze vertelden elkaar alles. Ineens begon Esmé vreselijk te hoesten, Kris dacht dat ze zou stikken. Na een paar minuten was het weer over en vroeg Kris waar ze last van had. Ik heb last van CF of Cyctic Fibrosis, en daarom heb ik die slangetjes in m’n neus zei Esmé.
Kris en Esmé gingen op zoek naar familie en bekenden van Kris. Ze komen er achter dat Kris z’n vader waarschijnlijk een bekende politicus is. Zijn opa blijkt een bekende boer in het dorp te zijn die zijn vrouw en kinderen mishandelde. Dit hadden zijn adoptie ouders nooit tegen hem gezegd.
Met Esmé ging het steeds slechter en slechter. Ze had nieuwe longen nodig en wel nu! Maar er was een probleem, ze hadden in het park een afspraak met Kris z’n biologische vader. Op de avond dat ze samen met Kris zijn vader zouden gaan ontmoeten, kreeg Esmé een oproep dat er nieuwe longen voor haar waren. Eerst ging Kris naar de afspraak met zijn vader. In het park kwam hij zijn vader tegen en hij zei dat het klopte: hij was zijn vader! Nu hij dat wist kon hij naar Esmé het goede nieuws vertellen.
Kris moest naar de kliniek waar Esmé was. PerfectBody, Beethovenlaan 29. Samen met zijn vader reden ze naar het adres. Hij stond voor de kliniek, maar er brandde maar in een kamer licht. Voorzichtig liep hij naar binnen. Bij de laatste deur van de gang brandde licht, zou Esmé
Daar liggen? Voorzichtig liep hij naar de deur. Hij hoorde mensen praten. Ook hoorde hij de stem van Johan, de vader van Esmé. “Straks is alles voor niets geweest” zei Johan. “Dan is Anna voor niks gestorven”. Plots ging de deur open een lange verpleger pakte hem beet, mee komen jij!
“Wát heb jij gehoord” vroeg Johan nog een keer. Kris kon geen kant op met twee pistolen tegen zijn hoofd. Opeens sloeg Johan het pistool van een van de verpleegsters uit hun handen. En richtte het pistool op de verpleger en de arts. De arts pakte uit de lade van zijn bureau ook een pistool. De arts zei tegen Johan: Neem je dochter mee en ga weg, laat die jongen maar hier. Johan liet zijn pistool zakken. Kris probeerde het pistool dat Johan uit de handen van de verpleger had geslagen te pakken. Op dat moment klonken er twee schoten. Plotseling hoorde
hij politiesirenes.
Op het politie bureau werd alles duidelijk, zijn moeder was niet vermoord maar gestorven voor haar organen. Haar longen waren afgekeurd, daarom heeft ze haar hart en haar nieren afgestaan. Voor dat geld konden ze longen voor Esmé kopen. Deze illegale operatie moest wel in Italië worden uitgevoerd. Johan had toegegeven dat het erg dom was dit te doen. “Ze bood het zelf aan te doen” zei Johan. Ik kon tegen dat voorstel geen nee zeggen omdat dit de enige kans op overleven is voor Esmé. “Het spijt me van je moeder maar ik kon gewoon geen nee zeggen tegen dat voorstel” begrijp je me?
Kris wist nu wat er echt gebeurd was, hoe en wat zijn moeder allemaal deed en ook hoeveel ze van hem hield.
- Over de auteur.
Ruben Prins heeft zelf nooit schrijver willen worden, hij wilde geschiedenis leraar worden. Na het atheneum is hij bedrijfseconomie gaan studeren, maar dat vod hij niks. Daarna is hij weer gaan lezen. En dan speciaal het lezen van kinderboeken. Hij begon met verhalen schrijven. Na zijn verhalen naar bepaalde uitgevers te sturen kwamen de eersten al weer gauw terug; niet goed genoeg. Daarom is hij naar een school voor schrijvers gegaan om goed verhalen schrijven te leren.
- Over het boek.
- Op de voorkant van het boek staat een foto van het gezicht van een meisje. Met op de achtergrond een jongen op een fiets.
- Dit boek is opgedragen aan Esmé Geurkink. Omdat ze ook de ziekte Cystic Fibrosis heeft.
- Het verhaal begint in een rustig dorpje waar alle mensen erg gelovig zijn. De rest van het verhaal speelt zich af in een hoeren buurt. De schrijver heeft deze verschillen gekozen omdat Kris erg gelovig is en niet een wist wat een hoerenbuurt eigenlijk is. Daar door komt er ook meer spanning in het verhaal.
- Dit verhaal is geschreven voor Esmé omdat zij ook moet leven met de ziekte CF en niet meer beter zal worden. Door haar levenslust en optimisme is de basis van dit boek.
- Een open einde want je weet niet of Esmé blijft leven of dood gaat. Je weet ook niet hoe het afloopt met Kris die nu veel meer weet over zijn moeder.
- Leeservaringen.
Dit onderwerp heb ik gekozen omdat dit onderwerp mij erg aanspreekt, ook omdat ik dit interessant vind is het lezen een stuk makkelijker. Door het lezen van dit verhaal ben ik me wel gaan beseffen dat sommige kinderen het een stuk moeilijker hebben dan ik, die kinderen weten of kennen hun eigen vader en/of moeder niet eens. In het begin van het verhaal wis ik dat het over moord ging, maar dit verhaal is heel anders als wat ik mij er van had voorgesteld. Het onderwerp word goed uitgewerkt omdat het niet niks is als je een ongeneselijke ziekte hebt. Het geeft een goed beeld hoe erg het is. Ik lees het meest boeken van deze soort, dit boek is bijna het mooiste boek wat ik gelezen heb, het verhaal neemt je echt mee, en dat heb ik niet vaak gehad.
In dit verhaal gebeurt erg veel daarom is het soms moeilijk te begrijpen. In het verhaal gaat het vooral om de gebeurtenissen, dat is nodig anders had Kris misschien Esmé nooit ontmoet. De gebeurtenissen in het verhaal hebben wel indruk op me gemaakt, vooral als je niet weet wie je echte moeder en vader is. Deze gebeurtenissen zijn erg geloof waardig omdat het boek ook over iemand gaat die ook echt de ziekte CF heeft, en dat Kris zijn echte moeder en vader niet kende komt ook in het echte leven voor. Ik heb gelukkig nog nooit zo iets meegemaakt, maar voor de mensen die dat wel hebben lijkt het mij erg moeilijk om niet te weten wie je echte moeder en vader zijn.
In dit verhaal kun je jezelf goed verplaatsen en ook in de problemen van de hoofdpersonen, daarom is dit boek ook zo goed. Het gedrag van de hoofdpersonen verschilt erg dit komt doordat Esmé uit een hele andere buurt komt als Kris. Van de personages kom je niet veel te weten alleen van de hoofdpersonen. Kris veranderd veel in de loop van het verhaal, hij heeft zijn moeder nooit gekend en dan komt hij in een korte tijd heel veel te weten dat heeft veel met hem gedaan. Ik snap dit goed want het is niet normaal wat hij allemaal te weten komt over zijn moeder.
Het verhaal is erg moeilijk te begrijpen dat komt door de vele tijdspongen. Tussen de verhaallijnen door komt er een tijdsprong, dat is soms erg lastig omdat je in een heel ander stuk van het verhaal komt. De tijdsprongen in het verhaal vind ik niet nodig omdat het boek er voor mij niet veel spannender op wordt, het wordt eerder moeilijker. Het slot van het verhaal is erg open, je weet niet hoe het afloopt met Kris en ook niet met Esmé die er ziek is.
Ik vind het verhaal makkelijk te lezen er is niet veel moeilijk taalgebruik in de zinnen. In het verhaal zitten veel gesprekken omdat Kris veel mensen vraagt of ze wat weten over zijn boeken.
- Verwerkingsopdracht.
Leg uit waarom het verhaal spannend of juist heel voorspelbaar en saai is. Beschrijf de spannendste of voorspelbaarste en saaiste momenten en maak duidelijk wat er zo spannend of voorspelbaar/saai aan is.
Het verhaal is erg spannend omdat er veel gebeurt en je weet niet precies wat er kan gaan gebeuren. De spanning in het verhaal komt vooral doordat Kris, een gewone plattelandsjongen in een keer midden in de grote stad komt met dingen die hij nog nooit gezien heeft. Op de begrafenis van zijn biologische moeder wist hij niet eens hoe zij heette, pas toen hij op haar grafsteen keek wist hij haar naam pas. Als hij het briefje openmaakte dat hij van Esmé kreeg stond er met grote letters Ze is vermoord! Vanaf dat moment begon Kris samen met Esmé aan een grote zoektocht maar de moordenaar.
Na veel bellen weet hij dat een bekende politicus zijn biologische vader is. Ze maken met hem een afspraak in het park aan de Keizer Karelkade. Daar heeft zijn vader hem het hele verhaal verteld. Esmé kon nu eindelijk geholpen worden aan haar ongeneselijke longziekte, Kris ging ook naar de kliniek om te kijken hoe het met Esmé ging. Maar wat er daar gebeurde kon Kris niet geloven, Johan (de vader van Esmé) had ruzie met de dokters. Hij schoot de dokter door zijn arm.
In het politiebureau werd alles duidelijk, zijn moeder was vermoord om haar ingewanden. “Je moeder wou het zelf” zei Johan, ze wilde dit voor Esmé doen. Je moeders longen waren niet goed genoeg, en daarom hebben ze haar hart en nieren verkocht om nieuwe longen te kunnen kopen voor Esmé.
Robin Roetenberg, H3T1.
Maak jouw eigen website met JouwWeb